Opioïden zijn krachtige pijnstillers die in Nederland voornamelijk worden voorgeschreven voor de behandeling van matige tot ernstige pijn, zoals bij kanker of na operaties. De meest gebruikte opioïden zijn morfine, oxycodon, en fentanyl. Hoewel opioïden effectief zijn bij pijnbestrijding, zijn ze ook verslavend en kunnen ze bij langdurig gebruik leiden tot afhankelijkheid, meer pijn, en bijwerkingen.
Dit is dus een verslechterde kwaliteit van leven voor patient en omgeving, en een bijzonder slecht idee voor mensen met chronische pijn.
In Nederland is de laatste jaren sprake van een stijging in het voorschrijven van opioïden, vooral oxycodon. Tussen 2008 en 2018 is het gebruik van opioïden verdrievoudigd.
We lopen hierbij een jaar of twintig achter op de Verenigde Staten.
In de VS is de opiaat-epidemie de laatste twintig jaar uitgegroeid tot een alles verwoestende crisis, waarbij overdoses doodsoorzaak nummer één zijn onder jongeren. In 2023 waren er meer dan 80.000 doden als gevolg van een overdosering opiaten. Dit tegenover 44.000 vuurwapen-gerelateerde doden in de VS. Dat is dus bijna 2 x zoveel.
Onderzoeksjournalist Patrick Radden Keefe schreef een geweldig boek over hoe het zover heeft kunnen komen: ‘Empire of pain‘. In het Nederlands: ‘het pijnstiller emporium’ .
Het is een buitengewoon boek. Hij schrijft over buitengewone zaken, maar dat is natuurlijk geen garantie voor een goed boek. Er zit vakmanschap en schrijverstalent in het samenstellen van dit verhaal. Ook omdat hij een zeer transparante schrijf stijl heeft. .
Het gaat over het Sackler-schandaal, de familie achter het bedrijf dat oxycodon op de markt heeft gezet als oxycontin, en die er een fortuin mee heeft verdiend. Dit zeer verslavende opiaat heeft meer Amerikanen heeft gedood dan er zijn overleden in alle oorlogen die het land sinds de Tweede Wereldoorlog heeft uitgevochten. De schrijver gaat terug in de tijd en kijkt naar de oorsprong van het bedrijf Purdue Pharma.
Het is een fascinerend verhaal. Het is een immigrantenfamilie, Russisch-Joods. De vader is een kruidenier. Ze werken ongelooflijk hard. Tegen alle verwachtingen in worden de drie jongens, de eerste generatie, allemaal dokters. Het is de Amerikaanse droom. Ze doen iets buitengewoons en het is bewonderenswaardig in het begin.
Ze hebben een bedrijf opgericht en verkopen zeer onsexy producten. Het zijn meestal laxeermiddelen. Maar een van hen heeft het onzalige idee dat farmaceutica over marketing gaat.
Het gaat om het creëren van verlangen en vraag, niet alleen om het vervullen ervan. Ze hebben een zeer succesvolle zeventiger jaren omdat ze veel doen met valium. Dan komt Oxycontin..
Het blijft een familiebedrijf, dus er zijn ruzies in de directiekamer, maar het is altijd familie, wat het zo spannend maakt. Het zijn neven en broers die elkaar eigenlijk niet mogen, die niet met elkaar om willen gaan. Maar ze vinden het nog wel te tolereren dat ze samen dit opiaat gaan produceren, op de markt brengen en het dan tot de laatste cent gaan uitmelken.. ongeacht de gevolgen voor hun klanten.
Dan is er de ons-kent-ons cultuur waarbij de FDA hen dit zeer, zeer verslavende en schadelijke opiaat op de markt laat brengen. Artsen raken er zo door in (financiële) vervoering dat ze pillenwinkels opzetten in winkelcentra waar ze het spul verkopen. Het is een verhaal van morele en fysieke corruptie.
Het verhaal is dus een perfecte mix van familiegeschiedenis, drama vergelijkbaar met de Borgia’s, het is een portret van een familie die door hebzucht gedreven wordt en die weigert ook maar een greintje verantwoordelijkheid te nemen voor wat zij teweeg heeft gebracht.